Klein

Lieve Liv, je was klein en toch is het voor mij nog steeds groots. Groots hoe die korte tijd jouw papa anders heeft doen denken. Groots hoe jouw kracht heeft gezorgd dat we met trots terug mogen kijken. Vooral groots op hoe we je nog missen. Want dat je gemist wordt, nog iedere dag, dat is duidelijk.

Je zus gaat bijna naar de middelbare school, we merken dat ze dit spannend vindt. Natuurlijk zegt ze dat niet, daar is de grote en stoere zus voor. We merken het doordat ze veel aan je denkt en dan verdrietig is omdat ze je zo graag naast haar had gehad. Wanneer Julie het spannend vindt kom jij in haar gedachten. En ondanks het verdriet heeft ze dan iets anders om over na te denken, ja jij Liv. Je bent nog immer belangrijk voor haar.

Eigenlijk vind papa dat ook wel mooi. Ik zou willen dat ze het van verdriet om kan zetten in kracht. Zoiets als “als ik aan Liv denk dan wordt ik sterker en durf ik het”. Dat zou mooi zijn voor Julie.

Voor mij werkt het namelijk ook, ja ik ben dan ook eerst verdrietig, daarna volgt er een helder beeld en daarna kracht om het om te zetten. Want wat jij hebt laten zien met je fragiele lijfje in die korte tijd is veel meer dan wat wij kunnen met alle kracht die we hebben.

Liv, deze zomer komen er weer vlinders voorbij en als die voorbij vliegen denk ik altijd aan jou. Dat het maar een hele mooie vlinder rijke zomer wordt. Hoe klein de momenten ook zijn, zo groots is het effect. De vlinder staat daarvoor symbool.

Liefs, pap